Rotterdam en Schiedam hard geraakt
Tijdens de razzia van Rotterdam en Schiedam op 10 en 11 november 1944, deporteert de bezetter 52.000 mannen tussen de 17 en 40 jaar. De meesten van hen worden in Duitsland als dwangarbeider tewerkgesteld. Zij moeten hun dierbaren in angst en onzekerheid achterlaten. De door oorlogsgeweld al zo geteisterde steden worden nogmaals hard geraakt. De ontreddering neemt in het zicht van de hongerwinter extreme vormen aan.
Meer dan 500 mannen overleven het niet door uitputting, ziekte, slechte verzorging, ongelukken en bombardementen. Van diegenen die terugkeren, is een groot aantal getekend voor het leven. Voor de verhalen van gedeporteerden en de achterblijvers is na de bevrijding nauwelijks aandacht. De razzia is niet alleen een dramatische gebeurtenis in onze geschiedenis, maar dreigt ook vergeten te worden.
Twee zoons van dwangarbeiders maken daarom zich met hun stichting hard voor een razzia monument. Een toegankelijke en centrale plek waar mensen stil kunnen staan bij het leed van de gedeporteerden en hun achtergebleven dierbaren. De stichting zet zich in om met financiële en praktische steun van bedrijven, particulieren en de gemeente Rotterdam het monument te realiseren. Een plek om samen te komen en te herinneren.